Vanuit onder andere het programma IPM Knaagdierbeheersing lopen op dit moment twee onderzoeken naar rodenticiden. Rodenticiden zijn bestrijdingsmiddelen tegen ratten en huismuizen. Het ene onderzoek wil een landelijk beeld krijgen van de resistentie van ratten en huismuizen tegen rodenticiden in Nederland. Het andere onderzoek gaat de versleping van rodenticiden uit rodenticide-dozen in kaart brengen.   

Resistentieonderzoek 

Het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen (KAD) en WUR Wageningen University &Research (Wageningen University &Research) starten een onderzoek om een landelijk beeld te verkrijgen van de resistentiesituatie in Nederland. Zij doen dit in opdracht van het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat. Voor dit onderzoek zijn monsters (oortjes of hele kadavers) van ratten en muizen verzameld. Het laatste onderzoek naar de resistentie van bruine ratten in Nederland is in 2012/2013 uitgevoerd. Toen bleek een kwart van de bruine ratten resistent te zijn tegen rodenticiden.  

Versleping  

Soms verslepen dieren rodenticiden uit de dozen die geplaatst worden om ratten en muizen te bestrijden. Naast de doelsoorten (ratten en huismuizen) kunnen daardoor ook andere soorten het muizen- of rattengif eten. Dit zijn bijvoorbeeld andere muizensoorten, vogels en kleine marterachtigen. Het KAD doet hier samen met Bureau Waardenburg en CLM Onderzoek en Advies onderzoek naar. Met het onderzoek willen de organisaties deze zogenaamde ‘versleping’ in kaart brengen. 

Beide onderzoeken zullen naar verwachting begin 2022 worden afgerond.